We oogsten op dit moment veel groenten en fruit uit de tuin en de kas. Dat betekent steeds weer een zoektocht naar lekkere smaakcombinaties voor onze veganistische en rauw-veganistische maaltijden. Deze salade bestaat uit zo’n rondgang door de tuin en de keuken.
Nodig: rode biet; mooi, vitaal paardenbloemblad (paardenbloemblad is het hele jaar te oogsten, zolang het er vitaal uitziet); druiven; ui. Optioneel: geweekte (en bij voorkeur daarna gedroogde) pompoenpitten; fruitleer van druiven.
Met de spiralizer heb ik sliertjes gemaakt van de rauwe rode biet (‘Deventer zwartblad’biet). Het paardenbloemblad is in dunne reepjes gesneden. De ui in dunne ringen, en de druiven door de helft.
En nu de pompoenpitten. de voedingsstoffen hiervan zijn pas goed opneembaar als ze eerst worden geweekt (minimaal 4 uur). Hierdoor wordt het fytinezuur afgebroken, dat anders de mineralen aan zich gebonden houdt waardoor ze deels gewoon weer, onopgenomen, uit je lichaam worden verwijderd. Wat de pitten extra lekker maakt is om ze daarna in de dehydrator te drogen op 41 graden. Dit zorgt voor hele lichte, knapperige pompoenpitten. Erg lekker! Op deze manier kun je in één keer een leuke voorraad maken die in afgesloten potten goed houdbaar is. Ze zaten in de heerlijke raw food muesli die ik op Hof van Twello verkocht.
De andere verrassing komt van in dunne reepjes geknipt fruitleer van druiven, die je tot een soort rolletje rolt. Op de foto zie je zo’n rolletje, links net boven de druif aan de rand in het midden. Het fruitleer (van de blauwe Frankenthalerdruif) is friszuur en zorgt voor nét dat beetje bite in de salade.
De dressing is gemaakt van een beetje olijfolie, citroensap, mosterd, agavediksap, zout en peper.