Appeltjes onder de deken: dat maakten we vroeger door het klokhuis uit een appel te boren, de hele appel vervolgens te vullen met noten, rozijnen en kaneel, en deze in de oven te zetten. De appel werd geserveerd met zelfgemaakte vanillesaus. Heerlijk! Hier een raw vegan variant, waarbij een droogoven wordt gebruikt. Je kunt de appel natuurlijk ook in een hete oven doen, ook erg lekker! In dit recept wordt zaad van de gewone berenklauw gebruikt. In plaats daarvan kun je ook kaneel gebruiken. De saus is zijdezacht en romig, het is mijn absolute favoriet voor een raw-vegan zoete roomsaus. En nog snel te maken ook! Je hebt hier een blender voor nodig. Serveer de appeltjes warm uit de dehydrator (of oven).

 

Nodig voor 2 personen:

4 zoetzure appels

4-5 el rozijnen

2 mandarijnen

1 tl gemalen zaad van gewone berenklauw (dus niet van de reuzenberenklauw!) en/of 1 tl kaneelpoeder.

Voor de saus:

4 volle el kokosrasp (biologisch, dat is de beste)

6 (of 8) dadels zonder pit

Ongeveer 4-6 el ongeroosterde cashewnoten

Vanillepoeder of essence

Ongeveer 200 ml water om te beginnen

Bereiden: maak dit gerecht zo’n 1 ½ uur voordat je het wilt serveren. Was de appels, snijd ze in 4 parten, en verwijder het klokhuis. Snijd de parten in schijfjes. Doe deze in een kom, en voeg de rozijnen toe. Snijd de mandarijn doormidden en pers het sap eruit. Doe dit samen met het vruchtvlees bij de appels. Voeg berenklauwzaad en/of kaneel toe, en roer alles goed door elkaar. Doe de appels op je anti-stick-sheet in de droogoven en zorg dat het mandarijnsap goed over de appelpartjes is verdeeld. Laat 1 tot 1 ½ uur op 42 of 47 graden drogen/verwarmen. De appeltjes gaan nu richting de smaak van gestoofde of gebakken appeltjes en worden aangenaam warm geserveerd.

Maak de saus ondertussen door eerst de kokosrasp met ongeveer 200 ml water te malen in de blender. Giet dit door een fijne zeef en vang de kokosmelk op. Doe deze weer in de blender en voeg de dadels, cashewnoten en vanille toe. Blend tot een gladde saus. Is de saus te dik, voeg dan wat water toe. Te dun, dan nog wat cashewnoten. Proef vervolgens of er nog dadels nodig zijn, en of er voldoende vanille inzit. Haal de appeltjes uit de (droog)oven, doe ze in schaaltjes en schenk of schep de saus erover. Van de kokospulp die je overhoudt na het melk maken kun je kokosmeel maken door de pulp op lage temperatuur te drogen. Het is een droge massa, die niet meer naar kokos smaakt. De kokosmelk is vet en zorgt voor die heerlijke zijdezachte textuur in deze saus.  

Meer over gewone berenklauw als specerij vind je in mijn boek “Eten en Drinken met Wilde Planten”

Het zaad zit verwerkt in het Wilde Groenten Drinkbouillonpoeder.